De corneatransplantatie

De cornea (het hoornvlies) is de begrenzing met de buitenwereld aan de voorkant van het oog en heeft als functies de lichtbreking en bescherming van het oog.
Troebelingen, vervormingen of littekenvorming na onsteking of verwonding van de cornea komen regelmatig voor bij verschillende ziekten van het oog. Vaak is een transplantatie van de cornea de enige manier om het gezichtsvermogen van patiënten met dit probleem te verbeteren. De aangedane cornea wordt dan vervangen door een cornea van een humane donor.

Deze corneatransplantatie is wereldwijd de meest doorgevoerde transplantatie. In de Verenigde Staten en Europa wordt de operatie meer dan 40.000 maal per jaar gedaan.
Daarbij bestaat er een constant tekort aan transplantaten. In Duitsland bijvoorbeeld staan duizenden patiënten op de wachtlijst voor zulk een operatie.
Een oorzaak voor dit tekort ligt in het feit dat het overgrote deel van de bevolking de mogelijkheid tot corneadonatie na overlijden niet of nauwelijks kent. Bij uitleg over orgaandonatie worden de cornea’s vaak vergeten.  Aan de andere kant stemmen opvallend velen toe wanneer de mogelijkheid tot corneadonatie ter sprake komt en duidelijk uitgelegd word wat de zin en betekenis ervan is.


Voor welke patiënten is een corneatransplantatie zinvol?

Na een verwonding van het oog en dan met name de cornea, ontstaat vaak een litteken in de cornea. Omdat zulke littekens meestal niet vanzelf verdwijnen kan dit een indikatie zijn een voor een corneatransplantatie. Belangrijk is daarbij dat het verminderde gezichtvermogen berust op de troebeling in de cornea en niet op andere ziekten of littekens in het oog. Een andere groep van patiënten is die, waarbij littekens ontstaan in de cornea na een onsteking van de cornea. Bijvoorbeeld het herpesvirus kan zulke littekens doen onstaan. Verder kan het zijn dat door veroudering, of na een andere oogoperatie, de cornea dermate veranderd en een troebeling vertoont, dat een transplantatie geïndiceerd is. Tenslotte zijn er ook patiënten die aangeboren ziekte aan de cornea hebben. Ook bij deze patiënten kan het zijn dat het gezichtsvermogen toeneemt na een corneatransplantatie.


Wat zijn de risiko’s van een corneatransplantatie? 


Het percentage goed gelukte corneatransplantaties is over het algemeen erg hoog: meer dan 9
6%.
Het risico van zo’n operatie neemt toe als er een op het moment van opereren een infektie van het oog bestaat, of wanneer er bloedvaatjes in de cornea groeien. In zulke gevallen moet de donorcornea zeer zorgvuldig uitgekozen worden. Belangrijk is dan dat de donorcornea veel dezelfde eigenschappen van
het ontvangerweefsel heeft. Het risico dat een cornea na transplantatie wordt afgestoten wordt daarmee reduceerd, ligt echter nog altijd rond de 40 tot 60%.


de corneatransplantatie: duidelijk herkenbaar is de
doorlopende hechting die het transplantaat fixeert

Wie komt voor donatie in aanmerking?

Iedereen die geen ziekte aan de cornea heeft kan donor zijn. In Nederland is het mogelijk dit te laten registreren bij het Nederlandse Donorregister. In Duitsland moet de familie daartoe toestemming geven wanneer geen donorcodicil (Organspendeausweis) ingevuld is. Veel mensen weten nog niet dat een corneadonor niet leeftijdgebonden is. Ook op hoge leeftijd kan de cornea nog altijd voor een transplantatie ingezet worden. In Nederland wordt weliswaar een leeftijdsgrens tot 80 jaar gehandhaafd, maar ook mensen ouder dan 80 kunnen eigenlijk donor zijn. In Duitsland is geen leeftijdsgrens gesteld.
Een ander voordeel van corneadonatie is, is dat tot 48 na het intreden van de dood de mogelijkheid tot donatie bestaat. Binnen deze 48 uur moeten de cornea’s dan in een cultuurmedium gebracht zijn. Vaak ligt de doorslaggevende reden corneadonor te worden in de wetenschap dat twee patienten daarmee geholpen worden beter of weer te zien.

deze pagina printen